Skip to main content

Opnamen en vertaling: Wolter Keers

28 januari 1981


Maharaj : …….Wat dit bewuste zijn aangaat, dat schept zijn eigen binding, zijn eigen conditionering. Bewustzijn op zich-zelf heeft geen naam, maar het legt zichzelf een naam op. De waarheid heeft geen naam; waarheid is een niet-ervaarbare toe-stand. Er zijn geen woorden in de waarheid. Maar het bewustzijn heeft de drang, ook daar een naam aan to geven. Maar als er geen naam is, is er ook geen conditionering.

Vertaler : Ik denk dat hij met “naam” het ver-beelden, het con-ceptualiseren bedoelt. Het zijn de concepten, die ons binden.

Maharaj : Volgens mij zit het zo : Het Bewuste Zijn, die “Ik Ben”-heid – die kent geen vorm en ook geen naam. Maar jij geeft er namen aan, zonder reden. Je geeft er ook een vorm aan en op die manier raak je geconditioneerd door je lichaam. In dit con-cept zit al een gespletenheid – want als de beweging “Ik Ben” begint, de beweging die de “Ik Ben”-heid is, dan is het Bewuste Zijn de kenner van die beweging. Daar zit een heel subtiel ver-schil. Terwijl je in werkelijkheid dit Weten bent, geef je er een be-paalde naam aan. Wel, waaraan geef je eigenlijk een naam ? Je geeft een naam aan dat, wat je “Ik Ben” noemt en wat uit dat Weten voortkomt. Heeft dat een lichaam ? Krijgt het een lichaam? (Slaat die naam op) dat Weten of op het lichaam ? Ik wil dat jullie heel alert zijn op dat moment, als het bewust-zijn begint. Als je vanuit de diepe droomloze slaap wakker wordt, dan is daar die beweging, die beweging van het bewust-zijn. Kennen begint dan – dat is het “Ik Ben” of de kennend-heid. Maar er is een “principe” dat die kennendheid waarneemt. De kennendheid was er eerst niet en toen wel: iets is er, dat dat waarneemt. De namen worden aan en door die beweging gegeven, maar het Waarnemen van die beweging – dat heeft geen naam. Jij geeft er een naam aan. Een onwetende associeert dat gewoon maar met het lichaam, want hij kan wat ik net tot uitdrukking ge-bracht heb, niet goed begrijpen. De naam wordt aan de beweging “Ik Ben” gegeven, maar hij denkt dat de naam op het lichaam slaat. Als iemand sterft, zegt hij : “hier ligt zo-en-zo”. Die beweging van wetendheid kent geen kaste en geen geloof. Zij kent geen vorm. Zij is zonder oorzaak verschenen, spontaan. Kijk, op dit niveau heb je alle concepten achter je gelaten. Ik heb het alleen over dit oorspronkelijke concept, zonder woorden. Het is om zo te zeggen een concept zonder woorden. Niets anders dan dat gevoel van kennendheid zonder woorden. En dat gevoel van kennendheid, dat moet je waarnemen.

Vraag : Maar als je gaat slapen ? Neem je dan de slaap waar ?

Maharaj : Waarom geef je dat nu niet op ? Wie neemt er waar ? Het denken, dat concept, hebben we nu al lang achter ons gelaten. Alle woorden zijn verdwenen. Blijf bij dat gevoel van kennendheid, dat gevoel waarvoor er nu geen woorden meer zijn. Je kijkt nu ook naar dat “1k Ben”. Kijk naar dat gevoel van ken-nendheid; trek je er achter terug, naar de grenslijn met het niet-weten. Op dit moment wordt de hele manifestatie “…….”  genoemd (Marati term, onverstaanbaar en dus onvertaalbaar – noot vert.) “……..” betekent ‘pijn’, betekent ‘bewustzijn’ : de speldeprik van het bewustzijn brengt de hele manifestatie voort. Uit het bestaan van die pijn van kennendheid komt de hele mani-festatie tevoorschijn. Toen ik het had over de toestand van “niet-weten”, dat is de ’toestand’ waarin die speldeprik van kennendheid niet aanwezig is. Daarin is de hele manifestatie tot nul gereduceerd; het is de “staat van niet-weten” die de volmaakte toestand is. De schoonheid daarvan begrijpen we alleen in het Marati. In de Absolute Staat is er geen speldeprik van bewustzijn.

Blijf bezig met dit soort onderzoekingen, zoals die waar ik het nu over heb. Je zult door een aantal dalen en over een aantal toppen heen moeten – dalen en bergtoppen van concepten. Als je daar doorheen bent, kun je hierheen komen en oplettend naar dat bewustzijn kijken. Het is net alsof ik met een microscoop daar naar kijk. In de toestand van kennendheid blijft dat, wat gekend wordt, niet voortbestaan. Het verdwijnt op een gegeven moment. Het is aan tijd gebonden, want die kennendheid zelf is tijdgebonden. Dus : wat er ook verschijnt in het blikveld van de kennendheid kan niet eeuwig zijn. Alleen het niet-weten kan eeuwig zijn.

Vraag; zou u iets willen zeggen over het denken, die aap die de hele tijd rondspringt en gedachten fabriceert ? Toch heb ik het gevoel dat ik zonder dat denken niet hier zou zijn. Ik ben dus eigenlijk dat denken heel dankbaar, dat mij hierheen heeft gebracht. In nu moet ik jets vernietigen, waar ik heel dankbaar voor ben

Maharaj : Praat toch niet over het denken. Dat neemt je in de maling. Je wordt alweer onder de invloed van je lichaam en geest getrokken, en het is het denken, dat die truc uithaalt. Het denken is jouw voortbrengsel, jouw dienaar !

Vertaler: Hij heeft het lichaam en het denken al lang achter zich gelaten. Hij zet nu het bedrieglijke bewustzijn aan de kant. “Chetana”, het bewustzijn, de beweging, de speldeprik. Bovendien, wat je zegt is niet juist: je zegt dat je denken je hierheen heeft gebracht, maar dat is niet zo. Als er op straat een auto met volle vaart op je afkomt, wat redt je dan : je denken of het bewustzijn ? Wie redt je?

Mahara : Denken is taal. Als je niet spreekt, is er geen denken

Vertaler : Je bewustzijn redt je natuurlijk. Maharaj zegt dat het je bewustzijn is, dat je hierheen heeft gebracht.

Mahara : Kijk, omdat er bewustzijn was, kon je een bepaalde naam krijgen. Eigenlijk werd die naam niet aan het lichaam, maar aan het bewustzijn gegeven. Maar voordat je die naam accepteerde, hoe ziet het bewustzijn er dan uit ? Wie heeft die naam geaccepteerd? Het bewustzijn of het lichaam ? Het lichaam kan helemaal geen naam accepteren, want het bestaat alleen bij gratie van het bewustzijn.

Vertaler : Hij bevrijdt je van namen, van woorden. Woorden zijn concepten; de naam is een grond-concept. Maar “Ik Ben” is het oorspronkelijke basis-concept.

Maharaj : Kijk, als er een naam gegeven wordt, plak je die on-middellijk aan het lichaam vast. De naam representeert het lichaam. Begrijp je? Als iemand dood gaat, zeg je : meneer zus-enzo- is dood, je zegt niet: het lichaam van meneer zus-enzo is dood. Daarom zeg ik, dat de naam aan het bewustzijn wordt gegeven. Maar het bewustzijn (was er al voordat er een naam was). Dus, in werkelijkheid heeft het bewustzijn ook al geen naam. Die wordt er van buitenaf opgelegd. En later, na de dood, heeft het ook geen naam. Zonder naam, wat is het bewustzijn? Wat is ‘kennis’. Jij hecht veel waarde aan kennis – dat is ook maar een naam. Onbenoemd, wat is het dan?

1 februari 1981


Maharaj : Jij hebt de dingen onderzocht en je hebt je twintig jaar lang bezig gehouden met spirituele zaken, dus nu vraag ik je: ben je er in die twintig jaar achter gekomen, wie of wat je werkelijk bent ? Je zei dat je er niet zeker van was. Is er niet zoiets als liefde voor het Zelf ? Die liefde voor net Zelf, heeft die haar centrum in het lichaam of daarbuiten? Volgens mij is deze liefde voor het Zelf de liefde voor het bestaan. Die liefde voor het bestaan is zo sterk, dat je bereid bent er alles voor te doen. Het is deze liefde voor het bestaan, dit gevoel van te existeren, waarmee je zo lang mogelijk door wilt gaan, die de drijvende kracht is bij al je activiteiten. Is dat niet zo? Behalve de twee toestanden van waken en slapen en behalve dit gevoel van in leven te zijn, heb je ook maar enige directe ervaring van wat “geboorte” genoemd wordt? Wat hebben we eigenlijk in werkelijkheid ? Allereerst is daar het lichaam, dan is er de levenskracht (“prana”) en onverbrekelijk daarmee verbonden is het “Ik Ben”, het weten dat ik besta, bewustzijn. Dit is dus een combinatie van deze drie. Maar afgezien van deze drie, wat verstaan we onder “geboorte”, onder “onwetendheid” en hoe lang duren die ? Er is een vorm ontstaan. In die vorm is de levenskracht en het bewustzijn geademd. Als de levenskracht het lichaam verlaat, verdwijnt ook het bewustzijn. Een vorm ontstond en een vorm is verdwenen. Dus, wie is er nu geboren en wie is er gestorven?

Begrijp goed de betekenis van wat er hier tijdelijk geschapen is en aan het einde waarvan er de dood is. Als je dat goed Des grepen hebt, zul je je ook realiseren dat je ook geen directe ervaring van de dood zult hebben. Je kennis over je geboorte is van horenszeggen. Je hebt geen directe ervaring van je geboorte, maar ons wordt verteld, we hebben het van horenszeggen, dat we geboren zijn. We accepteren dat, zonder dat we het zelf ervaren hebben. Daar begint de hele zaak.

Ik steun nooit op de traditionele boeken of de traditionele kennis. Laten we het alleen maar hebben over wat we zelf weten. Jij bent hier, ik ben hier en er is een wereld. Laten we het over deze drie dingen hebben, die we kennen. Niet omdat ik dat zeg, maar omdat je dat zelf kunt ervaren. Vergeet de rest, vergeet wat ze je allemaal verteld hebben, vergeet de tradities, vergeet het horenszeggen.

Ik accepteer het concept van goddelijkheid, want ik weet dat ik besta. Als ik niet besta, als ik mij niet bewust ben van mijn eigen bestaan, waar is dan de kwestie of er een God bestaat en of ik er mij bewust van ben? God bestaat omdat ik weet dat ik besta.

Bezoeker : Ik besta en God bestaat.

Maharaj : Nee, God kan alleen maar bestaan als ik weet dat ik besta. Alleen als ik bewust ben van mijn eigen bestaan, alleen dan kan er een God bestaan. God is alleen maar een concept, dat we ons eigen maken omdat we vinden, dat we ons ergens aan vast moeten kunnen houden, een steun moeten hebben. Maar in de grond van de zaak is God niet onderscheiden van wat “Ik Ben”, want ik ben het bewustzijn van het bestaan. Wat mij betreft heeft God nooit bestaan.

Denk er aan, we praten over jou en mij. Geen sprake van horen zeggen of van kennis die je uit boeken hebt of van andere mensen, maar die je niet zelf direct ervaren hebt.

Dit weten “Ik Ben”, dit gevoel van existentie, wat is dat ? Het is alleen maar in mijn oorspronkelijke toestand verschenen, toen ik mij nog niet eens bewust was van mijn eigen bestaan. In die toestand, waarin ik mij niet bewust was van mijn bestaan, verscheen dit – en nu ben ik mij bewust van mijn bestaan. Wat is dit bewustzijn van te bestaan? Het is het ervaren van de drie toestanden: waken, dromen en de diepe droomloze slaap. Hoe ontstaat de opeenvolging van die drie toestanden? Waarom is dat zo? Denk daar eens over na. Dit is een eenvoudige manier van een focus in je onderzoek te brengen. En is er, in die opeenvolging van toestanden, een waar je je eeuwig aan zou kunnen vastklampen? En verplaats je nu eens zover, dat je die drie toestanden niet zou kunnen ervaren. In die toestand, als er geen ervaring van die drie toestanden is, zou je dan behoeften hebben, of verlangens? Ik herhaal: als je geen ervaring of kennis hebt over die drie toestanden, kun je dan zeggen of je gelukkig of ongelukkig bent? Een vorm is ontstaan spontaan, zonder oorzaak en beweging is er aan toegevoegd. Plotseling begint die vorm te denken dat ze een aparte eenheid is, een losstaande eenheid. Maar – en dat is het kernpunt van ons onderzoek wat is er geschapen? Wat is de bron, waaruit dit is ontstaan en hoe ging dat in zijn werk?

Vraag : Als ik dat zo hoor, Maharaj, heb ik twee vragen: wie geeft er antwoord op die vragen en wie ben ik? Die ene vraag en al die andere ook, tollen steeds maar rond om me heen, steeds maar weer….

Maharaj : Mediteer zelf op die vraag.

Vraag : Ja, ik heb me steeds weer die vraag gesteld en ik heb geen antwoord.

Maharaj : Iemand heeft je een naam gegeven. Je ouders hebben je een naam gegeven. Jij hebt die naam geaccepteerd. Maar, elke naam kun je veranderen. Wie heeft er nu die naam geaccepteerd? Het lichaam misschien? Wie kan het antwoord geven? Niemand anders kan het antwoord geven.

vraag • (onverstaanbaar).

Maharaj : spontaan. Zonder doel. Er gebeurt hier niets met een doel. Alles is spontaan; een leven is afhankelijk van ander leven. Wat voor reden is daarvoor, wat is het fundamentele waarheid, dat leven een leven heeft ? Wat voor doel is er?

Bezoeker : Is de wereld perfect of imperfect?

Maharaj : Waarom zou je daar een beslissing over willen vellen? Heeft de wereld een bepaalde vorm, kan je haar ooit zien als perfect of imperfect? Vraag gerust wat je maar wilt, maar baseer je vragen niet op iets anders, maar op je eigen ervaring van jezelf. Onze uiteindelijke ervaring is dit bewustzijn van ons bestaan. Buiten dit bewustzijn van ons bestaan en de wakende en de droomtoestand, kennen we geen andere ervaring. Alle andere ervaringen, die we denken te hebben, zijn niet echt. Ze zijn ergens op gebaseerd, op iets wat anderen ons verteld hebben. Ik ken dus niets anders dan deze drie ervaringen: waken, dromen en weten dat ik ben’, maar tegelijkertijd kan ik deze drie ervaringen ook niet opzij zetten. Ik zit er aan vast, ik moet er mee leven, ik kan ze niet kwijtraken. Ze zijn zonder mijn medeweten verschenen, zonder dat ik er om gevraagd heb. Niemand heeft me ooit gevraagd, of ik ze wel zou willen meemaken, die drie toestanden, en er is niets dat ik er aan doen kan. Ik kan niet zeggen: “Nou wil ik ze niet maar, die toestanden. Ze zijn verschenen en ze zullen mijn tijd nog duren.
Jullie zijn allemaal verstandig genoeg, jullie zijn geen gewone mensen. Dus, denk na over wat je vanmorgen gehoord hebt en vraag maar gerust. Ik heb niet het gevoel dat iemand van jullie anders is dan ikzelf. En tegelijker tijd heb ik voor mijzelf het gehele bestaan weggeveegd, de hele individualiteit weggeveegd. En omdat er voor mij geen individualiteit bestaat, zijn er voor mij ook geen beperkingen of grenzen. Ik praat over wat er net bij mij opkomt want het zijn niet mijn woorden, er is geen individu als zodanig meer. Dus is er geen beperking op waar die woorden vandaan komen, er zijn geen grenzen.

Sinds ik het gevoel van individualiteit kwijt ben, zijn daarmee ook alle “standpunten” verdwenen, die je zou kunnen innemen, zoals “Ik ben een sannyasi” of “Ik ben een jnani” of “Ik ben dit of dat”. Wat mij betreft is er geen standpunt meer, want er is geen individu meer.

Daarom zeg ik wat er me voor de mond komt. Als je op een bepaald standpunt blijft staan, komen er onvermijdelijk met dat standpunt bepaalde beperkingen. Dan zeg je: “Ik moet dit niet zeggen, ik moet dat niet doen”. Als er geen standpunt is, zijn er geen beperkingen. Ik ben niet beperkt door welke beperking dan ook, want ik ben geen individu.

Maharaj : Wat is mijn ervaring? Mijn ervaring is dat er op deze wereld niets substantieels bestaat. De hele zaak is een soort van illusie en daarom niets anders dan theater. Ga maar eens bij jezelf na: heb je ooit in je leven jets ervaren dat niet is veranderd, dat constant bleef? Afgezien van de dingen buiten jezelf, ben je niet zelf ook je hele leven lang veranderd? Eerst was je een baby, dan een kleuter, een tiener, enzovoort, nu een volwassene, alles is constant aan het veranderen. Alles wat je ooit verworven hebt, is steeds weer veranderd. Daarom vraag ik je of er in je eigen ervaring ook maar iets op deze wereld is, wat niet verandert? Bovendien, in mij ervaring gebeurt er ook nooit iets op deze wereld. Daarom is zelfs het voornemen om iets te ondernemen, om bepaalde disciplines te volgen, zelfs als ze voor zogenaamd geestelijke doeleinden zijn, pure bedriegerij. De zoeker, het gezochte en het zoeken zelf, geen van deze drie is reëel. Alles wat er op de wereld gebeurt is bedriegerij en als je dát begrijpt, dan zal de vrede op je nederdalen. Als er met mij iets gebeurt, ben ik daar niet bij betrokken. Waarom? Omdat ik alle individualiteit kwijt ben; er is geen aanknopingspunt meer en daarom ben ik niet meer betrokken bij wat er gebeurt. Jij bent de uiteindelijke waarheid. Dat wat veranderd is niet de waarheid. Wat er overblijft (als alle verandering stopt) dat is de waarheid.

Als iemand zegt: “Oh, ik ga dood, ik ga dood!” dan ondergaat hij de angst voor de dood; dat is niet de werkelijke dood. Begrijp goed dat alles wat ervaren wordt, alles wat waargenomen wordt, niet de waarheid kan zijn. Want dat alles zal veranderen; het is tijd-gebonden. En de waarheid verandert niet; zij is onwrikbaar en onafgebroken dezelfde. De waarheid kun je niet ervaren. Daarom kan dat, wat je ervaren kunt, niet de waarheid.

Bezoeker : U zegt: wat je ervaart, kan niet de waarheid zijn. Maar als je op “Ik Ben” mediteert, op het bewustzijn, dan ga je door bepaalde ervaringen die je de indruk geven dat je heel dicht bij de waarheid bent, dat je binnenin de waarheid zit, dat je er echt bij kunt.

Vertaler Dus de vraag is : zijn ervaringen gedurende meditatie de waarheid?

Maharaj : Je kunt zeggen dat die ervaringen de waarheid zijn ge-durende een bepaalde tijd. Wat ze je brengen is in essentie tijd-gebonden en geldt alleen voor die periode (dat je mediteert). Wat ik de waarheid noem is dat wat niet tijd-gebonden is, wat steeds aanwezig is, onveranderlijk en tijdloos.

Maharaj : (als antwoord op een onverstaanbare vraag). De genade van de guru is iets wat je kunt verkrijgen; het is een traditionele, gewone manier van uitdrukken. Jouw manier van uitdrukken. Wees alleen maar die genadige guru. Als je in je ware natuurlijke toestand blijft, dan betekent dat dat je de genade van de guru hebt verkregen. Genade van de guru is niets anders dan blijven in je Zelf-identiteit. Toch blijf je een bepaald gevoel hebben, het luisteren naar een guru blijft doorgaan. Maar wie luistert er naar welke guru? De guru ben je Zelf. De “Ik Ben”- heid zelf is de guru. Als je naar een lichamelijke guru luistert, dan is die guru je- Als het weten, de “Ik Ben” heid. Het weten “Ik Ben” is de Zelf, guru, In deze toestand van weten is het weten de guru en uieindelijk gaat dit weten op in het Absolute, in het niet-weten, die je werkelijke guru is. Dat is je guru: “Ik”. Maar alleen via deze stadia kom je tot het Absolute.

Bezoeker : Volgens mij is elke tempel een valstrik. We zouden nooit om een gunst moeten bidden. Als je om iets bidt, krijg je er later ook de narigheid van. Daarom bid ik nooit voor iets.

Maharaj : Wil je daarover iets vragen ? Heb je iets gelezen?

Bezoeker : Neen, ik heb niets gelezen. Ik hou niet van lezen.

Maharaj : Spirituele boeken lezen betekent zogenaamde kennis vergaren. Als je zonder verwachtingen leeft, ben je altijd gelukkig.

Bezoeker : Dat kunt u nu wel zeggen : ik heb geen enkele verwachting, maar hoe zit het dan met mijn familieleven, stel eens voor dat mijn vrouw of mijn kind ziek is, dan maak ik me toch zorgen?

Maharaj : (Als je je zorgen maakt) wat doe je dan eigenlijk? Er gebeurt zoveel, in je lichaam en om je heen, wat je allemaal niet doet. In je droom ben je een grote held, die allemaal heldendaden doet en doe jij die ook, of zijn het maar verschijnselen in je droom ? Vanaf de wieg tot vandaag de dag heb je je ontwikkeld van baby tot man en wie heeft dat gedaan? Ben je met opzet en bewust zo gegroeid? Hoe ben je zo gegroeid? Spontaan, helemaal spontaan en vanzelf!

Bezoeker : (Marati, onvertaald).

Maharaj : Zodra er geboorte is, ontstaat alles. Geboren worden betekent je bewust worden van tijd. Voorafgegaan aan wat je “geboorte” noemt, was je je niet bewust van de tijd. Je wist helemaal niet wat tijd was. Dus geboorte is het beginnen van de tijd. En daarna komen alle andere zaken. Maar geboorte is, is er ook geen tijd en daarover kun praten.

Wat je ook ervaren hebt, het is een indicatie van je spirituele ontwikkeling. Niettemin moet je uitkijken naar een indicatie, waardoor je weet “Ik ben”. Onderzoek dat “Ik Ben”. Wat ben je ? Er zijn zovele mensen gekomen en gegaan, maar wanneer konden ze verschijnen ? Alleen maar zodra die “Ik Ben”-heid in een persoon verscheen. Zodra dat geboorte-principe, dat weten aanwezig is, kan je in de wereld verschijnen, kun je in de wereld aan het werk gaan. “Ik Ben”-heid, dat weten, is de voorwaarde. Onderzoek dus dat weten, dat “Ik ben”. De kern van alle filosofie is alleen maar: wat ben jij?

Omdat alles deze geboorteprincipe is, dit weten, deze Ik ben heid, kun je het begrijpen, realiseren en transcenderen, en wat er dan overblijft is parabrahman, dat is het absolute. Zorg je ervoor dat je je herinnert wat ik je allemaal gezegd heb?Bezoeker : Ik zal het proberen.Maharaj : Het is geen kwestie van proberen. Je moet met doorzettingsvermogen en met alle macht erachter proberen te komen, wat jezelf bent, als een vis op het droge moet je je inspannen om daar achter te komen.
Houd jezelf dit voor ogen : Ken jeZelf, dan ken je de Waarheid.